• --

    I like the little they know, which is so much

    Ik heb gezien hoe het zonlicht ’s ochtends langzaam de woonkamer inkruipt. Hoe het zich in de middag terugtrekt. Hoe het aan het eind van de dag de slaapkamer instroomt. Hoe het zich in de avond ook daar weer uit terugtrekt. Ik heb het gordijn bij het open raam zien opwaaien en terugvallen. Steeds opnieuw. Ik heb buren horen komen en gaan. Rinkelende sleutelbossen. Een dichtslaand portier. Ik heb vogels gehoord toen de mensen nog sliepen. Ik heb zo veel afleveringen van series gezien dat ik het beter over seizoenen dan afleveringen kan hebben (en dan zijn het er nog veel). Ik heb de duizend manieren gezien waarop de poes…

  • --

    010 isn’t just a code

    010 isn’t just a code staat op de deur van de bovenburen. De mensen van hier antwoorden ‘ik ben een Rotterdammer’ als je vraagt waar hun huis staat. Hier woon je niet in een stad, je bent de stad. Maar kun je ook een Rotterdammer wórden? En zo ja: hoe doe je dat dan? En wanneer weet je: nu ben ik een Rotterdammer? Toen ik naar Rotterdam verhuisde, ontdekte ik dat alleen in de stad wonen niet genoeg is. Je moet op zijn minst iets van de mentaliteit omarmen. Ik ontdekte ook dat ‘echte Rotterdammers’ je zonder omhaal op je mislukte inburgering wijzen. Op mijn eerste werkdag in Rotterdam werd…

  • --

    Slecht gezelschap

    Niets beter dan een verlammend hete dag doorbrengen in een koele, donkere bioscoop. De hitte drijft ons naar The biggest little farm. Ver verwijderd van tuinfeesten en voetbalsupporters, teruggetrokken in een stille duisternis, laten we ons meenemen naar de boerderij van John en Molly. We zien uitgestrekte valleien, boomgaarden, biggetjes, kevers, coyotes. Adembenemende zonsopkomsten, zware regenbuien en dampende velden. Halverwege de film bedenk ik me hoe ver we van de natuur verwijderd zijn geraakt. Ironisch dat ik me daarvan bewust moet worden in een rood pluche stoel in een gekoelde bioscoopzaal. Als je erop gaat letten, zie je dat we er alles aan doen om de natuur in bedwang te…

  • --

    Alleen gekwelde mensen willen waarheid

    Het gesprek gaat over liefde en relaties. Over strijd en verlangen naar erkenning. Kun je liefhebben voorbij die verlangens? Voorbij verkramping? Kun je vrij zijn in liefde en leven? Er worden relatieproblemen gedeeld. Iemand zegt opgelucht ‘shit happens everywhere’. Ze dacht dat ze de enige was. Er wordt naarstig gezocht naar een waarheid over leven in liefde. Naar een houvast op de weg naar bevrijding. Ik zit en kijk ernaar. Ik praat niet mee. Vanavond mis ik elk vuur. Vanavond voelt de koortsachtige zoektocht als een dwaalspoor. Ik voel alleen maar afkeer. Vormen deze gesprekken, dit zoeken naar een houvast, niet zelf de verkramping? Ligt de waarheid niet verborgen in…

  • --

    Duizend armen

    Een lange man stapt de metro binnen voordat ik uit heb kunnen stappen. In het voorbijgaan beukt hij mijn tas van mijn schouder. ‘Hee joh!’ zeg ik. Hij reageert niet en gaat zitten. Maar misschien heeft hij wel een sollicitatiegesprek en is hij doodsbang om te laat te komen. Of hij heeft iets verschrikkelijks meegemaakt en is er helemaal door in beslag genomen… Of blablabla. Ik ben het opeens zo moe om begrip op te brengen voor het gedrag van anderen. Ik vind het moeilijk genoeg om mezelf te begrijpen. En dan ook nog meeleven? Rot toch op. Ik heb vooral zin om de metro weer in te stappen en…

  • --

    Wat doet er echt toe?

    Het aanrecht staat vol vieze borden, de wasmand puilt uit. Er moet gestreken worden, gestofzuigd. Het bed moet verschoond, de koelkast is leeg. E-mails wachten op een reactie. Studieboeken om onder het stof vandaan gehaald te worden. Brandende vragen om beantwoord te worden. Maar alles waar ik zin in heb is een beker thee en een aflevering van mijn favoriete serie. Het kost me even om mezelf ervan te overtuigen dat ik dit moment verdiend heb. Maar het lukt en daar zit ik dan. De poes kijkt me verbaasd aan. ‘Je gaat niet door het huis rennen of achter de computer zitten?’ Ik schud mijn hoofd. Ze gaat dankbaar op…

  • --

    Het middenhandsbeentje van je grootvader

    In de bibliotheek blader ik door The 500 Hidden Secrets of Rotterdam. Onder het kopje The 5 most quiet places in town wordt Begraafplaats Crooswijk genoemd. Het zet me aan het denken. Ik heb in Rotterdam nog nooit een begraafplaats bezocht. Als ik op vakantie ben sla ik geen kerkhof over. Waarom daar wel en hier niet? Ik besluit ook hier een begraafplaats te bezoeken. Niet de Crooswijkse, maar één in mijn eigen buurt. Het zou een half uur lopen zijn. Na twintig minuten ben ik de weg kwijt. ‘De begraafplaats? Daar vraag je me wat. Wacht effe, nou ben ik zelf de kluts kwijt. O ja. Je ken lopen,…

  • --

    De mensen komen en gaan – zij blijft

    Ik ken Rotterdam Centraal als geen ander. Ik ken haar ochtenddrukte, haar avondspits, haar nachtelijke uren. De mensen komen en gaan. Zij blijft, maar ze is nooit alleen. Dinsdagmiddag, op weg naar de stationsbibliotheek, blijf ik voor haar poorten staan. Als aan de grond genageld. Wat ik voor onmogelijk had gehouden, is toch gebeurd. Ze is verlaten. In totale stilte likt ze haar wonden. Er is geen mens te bekennen. Ik blijf een tijdje staan om naar haar te kijken. Mijn hersenen hebben moeite om het station als station te herkennen nu zo veel kenmerken ontbreken. Ik word er een beetje ongemakkelijk van. Zo moet het station eruit zien als…

  • --

    Ik maak je dood! – Zo houd je het leuk

    Er klinkt geschreeuw vanuit een achtertuin. ‘Riep hij nou “ik maak je dood”?’ vraag ik mijn vriend. ‘Daar leek het wel op ja.’ Het gaat om de buurman waar ik het al eerder over had. Hij heeft onlangs promotie gemaakt. Zijn aanspreektitel is niet langer tyfusmongool, maar kankermongool. Dat is althans de koosnaam die zijn geliefde graag gebruikt. Het wordt stil in de achtertuin. Ik hoop niet dat de buurman de daad bij het woord heeft gevoegd. ‘Misschien’, begin ik aarzelend, ‘riep hij wel: “ik vind je een ongelofelijke stoot!”.’ ‘Ja’, vervolgt mijn vriend, ‘of: “wat had je vandaag op je brood?”’  Ik heb pijn aan mijn poot!Is jouw jurkje…

  • --

    De tijd hield stil

    ‘Volgens mij mis je je werk’ zegt mijn vriend. Ik moet hard lachen. ‘Geloof je het zelf.’ Ik heb inmiddels vier dagen vakantie en loop wat verloren door het huis. Mijn vriend gaat aan het werk en de dag strekt zich als een grote leegte voor me uit. Ik kan alles doen waar ik zin in heb. Alles. Zes dagen geleden, in de hectiek van een drukke werkweek, had ik hier een moord voor gedaan. Even niet te hoeven werken: het klonk als de hemel. En nu is het dan zover. Ik ben bang dat mijn vriend gelijk heeft. Als je werkt hoef je niet na te denken over wat…